Naast het recept voor Bloemkooltimbaaltjes met peterseliesaus, nu ook een stap-voor-stap handleiding uit het boek het Groot Handboek Vegetarisch koken van Claudia Bruchmann en Cornelia Klaeger.
Fonds en bouillons zijn de basis van veel sauzen en soepen in de vegetarische keuken. Groentefond is licht, smaakt aromatisch en is vetarm. Groentebouillon is ook licht en vetarm, maar niet zo intens van smaak als groentefond. Als men het reduceren in stap 3 van het volgende basisrecept weglaat, dan krijgt men bouillon.
Om altijd een voorraad groentebouillon of -fond bij de hand te hebben, kunt u het beste een grote hoeveelheid koken en wat u niet direct nodig hebt in kleine porties (bv. in yoghurtpotjes) invriezen. Omdat groentebouillon en -fond heel weinig vet bevatten, kunt u ze maximaal een jaar in de vriezer bewaren. Zout moet in principe pas na het ontdooien en bij de verdere verwerking worden toegevoegd.
Basisrecept
Voor 1,5-2 l
2 grote uien
20 g boter
100 g broccolistelen
250 g prei
300 g wortel
200 g bleekselderie
150 g courgette
250 ml witte wijn
1 takje tijm
1 takje rozemarijn
1 laurierblaadje
1⁄2 teentje knoflook
1 kruidnagel
1⁄2 gebruinde ui
- Schil de grote uien en snijd ze in grove ringen. Smelt de boter in een grote pan en bak de uienringen daarin licht aan.
- Was de broccolistelen, prei, wortels, bleekselderie en courgette en snijd alles in stukjes. Doe de groenten bij de uien en laat ze even meestoven. Verwerk de fond verder zoals hieronder op de foto’s te zien is en wordt beschreven.
- Giet de groentebouillon vanuit de pan door een schone doek in een tweede pan om een heldere bouillon te krijgen. Breng de bouillon aan de kook en laat hem inkoken tot 1,5 l om fond te krijgen.