Je moeder komt op de thee en het regent, dus je hebt geen zin om naar buiten te gaan om iets lekkers te halen. Geen nood, deze sinaasappelkoekjes bak je in een ruim half uur, en binnen een uurtje heb je ze ook nog geglazuurd.
En komt je moeder niet? Dan eet je ze gewoon lekker zelf op - helemaal niet erg!
Dit recept komt uit The Art of French Baking van Ginette Mathiot.
Het zijn koekjes op basis van gekonfijte sinaasappelschilletjes. Die kun je kopen (bij de natuurwinkel bijvoorbeeld, of bij een delicatessenwinkel), maar zelf maken is leuk en erg makkelijk.
In het onderstaande recept wordt rum gebruikt, en abrikozenjam. Ik verving ze allebei door de siroop die je overhoudt bij het konfijten van de sinaasappelschillen, en dat is een aanrader: Lekker, en het scheelt je het gedoe met de jam.
Komt er een chocoladeliefhebber op de thee? Vervang dan in het glazuur een theelepel van de poedersuiker door cacao.
Gebruik rustig lichtbruine (riet)suiker als je dat lekker vindt, maar gebruik niet van die verantwoorde poedersuiker uit de natuurwinkel. Die is ongebleekt en geeft daardoor een raar grauw glazuur.
Voor 15 tot 20 koekjes
40 g gekonfijte sinaasappelschillen, plus wat extra voor het garneren
1 el rum (of siroop)
125 g bloem
75 g suiker
65 g boter
3 el sinaasappelsap
2 el abrikozenjam (of siroop)
50 g poedersuiker
- Verwarm de oven voor op 200 graden en leg een vel bakpapier op een bakplaat.
- Maal de gekonfijte sinaasappelschillen met de rum (of de siroop) in het hakmolentje van een staafmixer, in een keukenmachine of met een vijzel tot een grove prut. Zet deze opzij.
- Maal de bloem, boter en suiker in dezelfde hakmolen of keukenmachine (schoonmaken is niet nodig) tot een fijn kruim. Voeg er genoeg sinaasappelsap bij om het tot een samenhangend deeg te vormen.
- Kneed de gekonfijte-sinaasappelschilprut door het deeg.
- Rol het deeg tot bolletjes van zo'n 2 cm en druk die een beetje plat. Leg ze op de bakplaat.
- Bak de koekjes in 10 tot 15 minuten, tot ze aan de randjes goudbruin zijn. Laat ze iets afkoelen.
- Verwarm de jam, zodat hij vloeibaar wordt, en zeef eventuele stukjes eruit. Besmeer elk koekje met een heel dun laagje jam (of gebruik de siroop, die hoef je niet te zeven of te verwarmen).
- Roer de poedersuiker met ongeveer een lepel sinaasappelsap tot glazuur. Het glazuur moet dik zijn, maar wel smeerbaar; begin met iets minder sinaasappelsap en voeg druppelsgewijs zoveel toe als nodig.
- Versier elk koekje met een laagje glazuur, en een stukje gekonfijte sinaasappelschil.
