Deze week maken we Italiaanse wintergerechten. Er zijn echter twee zaken die we gaan overslaan: pasta en pizza. Italië is in feite een optelsom van historische regio's met elk hun eigenheid, ook op culinair vlak. De verschillende Italiaanse keukens zijn dus veel breder dan de menukaart van het Italiaanse restaurant om de hoek. Op maandag maken we gnocchi met spruiten en gorgonzola, op dinsdag straciatella-soep en polenta. Op woensdag eten we risotto met boerenkool en kastanjechampignons en op donderdag Romeinse gnocchi. Siciliaanse arancini zijn dan weer ideaal voor bij de vrijdagse borrel. Op zaterdag mag het uitgebreid: zoetzure pompoen, cacciucco di ceci en tiramusu. Tot slot lunchen we op zondag met bruschetta met geroosterde paprika en cannellinibonen en serveren we zelfgebakken cannoli bij de koffie.
Maandag
Gnocchi zijn heerlijk vullende, zachte deegkussentjes. In de supermarkt vind je ze bij de pasta, maar eigenlijk is het een aardappelgerecht. Dit recept voor gnocchi met spruiten en gorgonzola-roomsaus is ideaal voor een donkere en koude avond en bovendien erg snel klaar, dus fijn voor doordeweeks. Je kunt kiezen voor pittige (piccante) of zachte (dolce) gorgonzola, afhankelijk van hoe scherp je de saus wil hebben. Eet er een groene salade bij met geroosterde noten.
Dinsdag
Vanavond beginnen we met een bord stracciatella. Nee, geen ijs met chocoladestreepjes maar een soep uit Lazio met gekopte eieren in de hoofdrol. Deze soep is al vrij stevig en daarom maken we het hoofdgerecht niet te uitgebreid: polenta met truffelaroma. Daarbij geven we een salade van witlof, witte bonen, tomaat, balsamicovinaigrette en wat tijm. Geef er verder eventueel nog broccoli bij.
Woensdag
Niet alle Italiaanse ingrediënten kun je even gemakkelijk bij ons vinden. De typisch Italiaanse kool cavolo nero vind je maar heel zelden. Gelukkig lijkt het wel erg op onze boerenkool. Dan gebruiken we die maar in de plaats. Onze avondeten wordt dus risotto met boerenkool en kastanjechampignons
Donderdag
Maandag aten we al klassieke gnocchi, vandaag gaan we voor Romeinse gnocchi. Dat is een totaal ander gerecht op basis van tarwegriesmeel. Deze gnocchi gratineer je dan nog in de oven. Lekker met een winterse salade met rode biet.
Vrijdag
Geen bitterballen dit keer maar arancini. Dit zijn gefrituurde balletjes van risotto. Ze worden in Sicilië, maar ook in de rest van Italië, gegeten als straatsnack. In dit recept stellen we voor om ze even groot te maken als een bitterbal. Oorspronkelijk zijn ze echter flink groter. Dus de grootte bepaal je zelf.
Zaterdag
Vanavond mag het iets uitgebreider. Daarom serveren we drie gangen. Eerst maken we zoet-zure pompoen van wijlen Antonio Carluccio. Dit is een ideaal hapje als anti-pasto. Daarna het hoofdgerecht. Het is de tijd van het jaar waarin je zin krijgt in een stoofschotel die lekker mag pruttelen. In Toscane maken ze deze met kikkererwten, genaamd cacciucco di ceci. Serveer met geroosterde aardappels. Om het menu compleet te maken gunnen we ons achteraf een toetje. En wat past hier beter bij dan een traditionele tiramisu?
Zondag
Als lunch of als brunch eten we bruschetta met geroosterde paprika en cannellinibonen. Dit is niet helemaal traditioneel Italiaans, maar een leuk recept bedacht door Ottolenghi en zijn team. De cannellinibonen mag je gerust vervangen door een pot witte bonen. Het verschil is niet zo groot en zo heb je heel snel deze buschetta op tafel staan.
Natuurlijk is een zondag ook niet helemaal compleet zonder iets lekkers voor bij de koffie. Daarom bakken we ook nog cannoli met amarenen en amandelen. Cannoli is een Siciliaanse zoetigheid; knapperige koekige rollen gevuld met ricotta, gedroogde vruchten en noten.