Of ik misschien dit jaar een kerstmenu wilde maken, geheel in het teken van peulvruchten, met nieuwe nog niet gepubliceerde recepten. Deze vraag werd me gesteld toen u en ik nog helemaal niet in kerststemming waren, maar ons nog volop insmeerden met zonnebrand. Natuurlijk wilde ik dat! De peulvrucht onder de aandacht brengen en stimuleren dat deze meer gegeten wordt, is immers mijn missie. Kerst is voor mij geslaagd als er zo min mogelijk stress en zo veel mogelijk fijne momenten zijn. Daarom een kerstmenu dat niet moeilijk om te maken en makkelijk voor te bereiden is.
Ik hoop dat je zult genieten van een fijne soep die ik – omdat het feest is – met wat eetbare bloemetjes heb versierd. Deze kun je tegenwoordig bij veel groentewinkels kopen, maar geen stress, een toefje peterselie is ook mooi. Het hoofdgerecht is een portobello gevuld met een variatie op mujadara, een populair Midden-Oosters gerecht van rijst en linzen. Het toetje is een gevuld appeltje met bonenspijs. Handig voor mensen met een notenallergie en voor iedereen érg lekker.
Ik wens je stressvrije en fijne kerstdagen en een mooi peulvruchtrijk 2017 toe. Boonappetit!
Dit menu is voor 4 personen
Bloemkool-currysoep met tuinbonen en amandelen
***
Met rijst en linzen gevulde portobello met tomatensaus en mozzarella
Salade van veldsla met avocado en noten
***
Gevuld appeltje met bonenspijs, abrikozen en vanillevla
Bloemkool-currysoep met tuinbonen en amandelen
1 potje tuinbonen à 355 g (uitlekgewicht 220 g)
750 g bloemkool in roosjes
2 groentebouillontabletten
2 tl rode Thaise curry pasta (let op dat je een vegetarische zonder vissaus gebruikt! Ook de scherpte kan per merk verschillen)
1 l water
25 g amandelschaafsel
100 ml kokosmelk
eetbare bloemetjes of 1-2 el gehakte peterselie voor het garneren
- Laat de tuinbonen uitlekken.
- Doe ze samen met de bloemkoolroosjes, de bouillontabletten, de currypasta en 1 liter water in een ruime pan. Roer goed door en breng aan de kook.
- Laat 20 minuten zachtjes koken. Controleer of de stronkjes van de bloemkool gaar zijn.
- Terwijl de soep zachtjes kookt, rooster je de amandelen in een droge koekenpan. Let op dit gaat snel! Ze mogen niet verbranden.
- Pureer het bloemkool-tuinbonenmengsel met de staafmixer tot een middelgrove soep. Er mag nog wat structuur inzitten.
- Voeg de kokosmelk toe en warm goed door.
- Schep de soep in kommen of borden. Garneer met het geroosterde amandelschaafsel en een paar bloemetjes of wat peterselie.
Voorbereiden:
- Maak de soep de dag van tevoren en warm hem vlak voor het serveren zachtjes op.
Met 'mujadara' gevulde portobello's met tomatensaus en mozzarella
voor de gevulde portobello's:
100 g ongekookte linzen die heel blijven, bv. Du Puy (of 240 g gare linzen uit blik/pot)
2 rode uien
2 teentjes knoflook
4 takjes tijm
4 el olie van de zongedroogde tomaatjes
100 g zongedroogde tomaatjes op olie
2 tl gemalen komijn
150 g gare zilvervliesrijst
peper en zout
2 bollen mozzarella à 125 g
1 ei
8 portobello’s
voor de tomatensaus:
1 blik tomaatblokjes op sap à 400 g
1 tl Italiaanse kruiden
½ tl kaneel
2 el olie uit de pot van de zongedroogde tomaatjes
mespunt sambal
1 el balsamicoazijn
peper en zout
8 takjes krulpeterselie om te garneren
- Verhit de oven voor op 200 graden.
- Als je ongare linzen gebruikt: was ze in een bolzeef onder koud stromend water en zet ze met ruim water op. Breng aan de kook en kook ze in 20 minuten gaar (of volgens de verpakking). Controleer op gaarheid door er een te proeven. Giet af en zet even apart.
- Snipper ondertussen de uien en de knoflook fijn. Ris de blaadjes van de takjes tijm.
- Verhit de olie in een ruime koekenpan en fruit de ui en knoflook zachtjes gedurende 5 minuten.
- Snij (of, heel handig, knip) de zongedroogde tomaatjes klein en bak deze 3 minuten al omscheppend even mee.
- Voeg de tijmblaadjes, de komijn, de gekookte rijst en de gare linzen toe en schep alles goed door elkaar. Breng op smaak met peper en zout.
- Snij de mozzarella in dunne plakjes en houd 8 plakjes achter. Snij de rest in kleine stukjes.
- Schep de fijngesneden mozzarella samen met het ei door het linzenrijstmengel. Meng dit goed.
- Wrijf de onderkant van de portobello’s schoon met een stukje keukenpapier. Haal het steeltje of de steelaanzet eruit. Deze worden niet gebruikt en kun je in de vriezer bewaren voor bijv. een soep.
- Bekleed een bakplaat of ovenschaal met een stuk bakpapier.
- Vet met een kwastje en wat olie (uit de pot van de tomaatjes) de onderzijde van de portobello’s goed in. Zet ze op de bakplaat.
- Verdeel het linzenrijstmengsel over de paddenstoelen en druk licht aan. Leg een plakje mozzarella op elke paddenstoel.
- Bak de portobello’s in het midden van de voorverwarmde oven in 20 minuten gaar en bruin.
- Maak ondertussen de tomatensaus: meng alle ingrediënten voor de saus door elkaar en verwarm in een pannetje. Laat de saus 5 minuten zachtjes pruttelen en breng hem op smaak met peper en zout.
Opdienen: schep een laagje tomatensaus op een bord en leg hier per persoon twee portobello’s op. Leg een blaadje krulpeterselie op elke portobello ter garnering.
Voorbereiden:
- Bereid de portobello's de dag ervoor of eerder op de dag voor tot en met stap 12.
- Ook de tomatensaus kun je al eerder maken. Warm hem dan voor het serveren zachtjes op.
Salade van veldsla met avocado en noten
200 g veldsla
2 avocado's
100 g lichtgezouten noten
voor de dressing:
2 el olie
1 el azijn of citroensap
1 tl honing
peper en snuf zout
- Was zo nodig de veldsla en dep (of draai met de slacentrifuge) deze goed droog.
- Snijd de avocado's doormidden. Verwijder de schil en de pitten. Snijd het vruchtvlees in blokjes.
- Meng de veldsla voorzichtig met de avocadoblokjes en de noten.
- Meng de ingrediënten voor de dressing door elkaar.
- Giet de dressing over de salade en serveer meteen.
Voorbereiden:
- De dressing kun je de dag van tevoren maken, en ook de sla kun je dan, zo nodig, al wassen en drogen.
- Omdat avocado's snel verkleuren, kun je deze salade het best vlak voor het serveren bereiden.
Gevulde appeltjes met bonenspijs, abrikozen en vanillevla
Voor dit recept heb je bonenspijs nodig. Dat maak je, een paar dagen eerder of op de dag zelf, heel eenvoudig zelf.
Bonen en peulvruchten zijn naast 'het vlees der armen' ook in spijs een goedkoop alternatief voor duurdere noten zoals amandelen. Voor de goedkopere versie van amandelspijs, banketspijs genaamd, worden witte bonen gebruikt, al dan niet met een vleugje amandelaroma. Ook in de goedkopere gevulde koeken, banketstaven en kerststollen worden bonen gebruikt en omschreven als 'banketspijs'. Witte bonen worden niet alleen gebruikt omdat ze goedkoop zijn, ze hebben ook een vrij neutrale smaak.
Via de social media kwam eens de vraag of ik het recept ervoor wist; iemand wilde iets met spijs maken voor iemand met een notenallergie en dan is bonenspijs een prachtig alternatief. Het goedkope alternatief krijgt zo opeens een mooie rol.
Spijs van amandelen moet een paar dagen op smaak komen, dat is (een bijkomend voordeel) in dit geval niet nodig. Je kunt het een aantal dagen in plastic folie verpakt in de koelkast bewaren. Onderstaand recept is voor 700 gram bonenspijs. Voor het recept van de gevulde appeltjes heb je maar een klein deel daarvan nodig. Je kunt het spijsrecept delen door de helft of zelfs meer, maar je kunt de rest van het banketspijs natuurlijk ook (goed verpakt) invriezen. Zo heb je altijd wat lekkere spijs bij de hand!
Week en kook bij voorkeur zelf de peulvruchten, dat is in dit geval van belang voor de structuur van het spijs en het weglaten van zout.
voor ongeveer 700 gram 'banketspijs':
150 g witte bonen, gewassen en in ruim koud water 12 uur geweekt
kristalsuiker, hetzelfde gewicht als de gare bonen
1 el citroensap
1 tl amandelaroma*
snufje zout
* Let op: wil je dit serveren aan iemand met een notenallergie, vraag dan eerst of en welk aroma je veilig kunt gebruiken! Wij linken hier naar het amandelaroma van Dr. Oetker. Via de klantenservice van hun Facebookpagina laten zij weten: "Een aroma geeft een natuuridentieke geur en smaak, maar is kunstmatig samengesteld. Het bevat geen amandel. Als het noten zou bevatten, dan vermelden wij dit op de verpakking."
voor de appeltjes:
4 friszure appels (Jonagold of Elstar)
4 +2 el bonenspijs
4 gedroogde abrikozen
20 g roomboter
250 g vanillevla
- Maar eerst het banketspijs: kook de geweekte witte bonen met het weekwater, zo nodig aangevuld met nog wat extra water gaar in plm 30-45 minuten. Gebruik geen zout! Afhankelijk van de soort en bewaarcondities kan de kooktijd erg verschillen. Controleer tussentijds hoever ze zijn. De bonen moeten gaar maar nog stevig zijn.
- Giet ze af in een bolzeef en spoel ze met koud water na. Laat ze goed uitlekken.
- Weeg de bonen en meet eenzelfde hoeveelheid suiker af.
- Doe de uitgelekte bonen, de suiker, het citroensap, een snufje zout en het amandelaroma in de kom van de keukenmachine en pureer alles tot een dikke pasta waar nog iets structuur inzit.
- Verwarm de oven voor op 200 graden.
- Vet een ovenschaal waar 4 appels inpassen in met wat boter of olie, of plaats de appels op een bakplaat met bakpapier.
- Was de appels.
- Boor met een appelboor het klokhuis eruit een maak het ontstane gat groter door er naast nogmaals te boren. Zo kan er lekker veel vulling in!
- Snijd of knip de abrikozen in heel kleine stukjes.
- Meng de abrikozen met 4 el spijs in een kommetje.
- Vul met behulp van een theelepeltje de uitgeboorde holtes op met het spijs. Duw eventueel aan met je vinger. Er zal wat van de spijsvulling bovenop de appel liggen maar dat is oké.
- Zet de appels in een ovenschaal. Verdeel de overige 2 eetlepels spijs over de appels. Dat zorgt voor een heerlijk karamellaagje na het bakken.
- Leg een vlokje boter bovenop elke appel en zet ze in het midden van de voorverwarmde oven.
- Bak de appels gaar en goudbruin in 30 minuten.
- Serveer de appels op een bordje op een spiegeltje van koude vanillevla.
Voorbereiden:
- Maak de bonenspijs een of enkele dagen eerder (stap 1 t/m 4). Bewaar het goed verpakt in de koelkast.
- De gevulde appels kun je grotendeels de dag van tevoren maken (stap 7 tot en met stap 11). Bewaar ze goed afgedekt in de koelkast. Haal ze ruim een half uur voor het serveren uit de koelkast en ga dan verder vanaf stap 12.