Kaneelsterretjes zijn traditionele Duitse koekjes, die vooral tijdens de Advent en met Kerst worden gebakken en gegeten. Als je op Pakjesavond eens iets anders wilt dan speculaas en pepernoten, dan scoor je hiermee beslist hoge ogen. En met deze stap-voor-stap handleiding met foto's kunnen ze niet mislukken.
Bereidingstijd: 30 minuten
Rusttijd: 30 minuten
Baktijd: 25 minuten per bakplaat
Genoeg voor ca. 70 stukken (afhankelijk van de grootte van het uitsteekvormpje)
Ingrediënten3 eiwitten Extra Sterrenvormig uitsteekvormpje |
|
Sla de eiwitten met een keukenmachine of garde tot schuim. Voeg ondertussen poeder- en vanillesuiker toe. |
|
Er ontstaat een vast wit schuim. |
|
Schep ongeveer 1 kop van het schuim uit de kom en plaats het in de koelkast. |
|
Meng 300(!) g. amandelen en het kaneel voorzichtig onder het schuim. |
|
Laat het deeg afgedekt ongeveer 30 minuten rusten in de koelkast. Verwarm de oven voor op 150° C (hete-lucht: 130° C). Leg bakpapier op de bakplaat. |
|
Strooi de rest van de amandelen op de ondergrond. Als je het deeg niet in één keer kunt of wilt uitrollen, zorg er dan voor dat je ook voor het laatste deel nog genoeg hebt. Rol op deze laag amandelen het deeg ca. 5-7 mm dik uit. Dit gaat het makkelijkst onder een stuk huishoudfolie. |
|
Als je het deeg heel gelijkmatig wil uitrollen, kun je houten stokjes gebruiken. Deze zijn in speciaalzaken verkrijgbaar – of je koopt ze gewoon in de bouwmarkt bij jouw in de buurt. |
|
Steek met een sterrenvormig uitsteekvormpje de sterretjes uit en plaats ze op de bakplaat. Bestrijk de sterretjes met het eischuim uit de koelkast. |
|
De laag moet ongeveer 3 mm. dik zijn. Denk eraan: het kopje met schuim moet voldoende zijn voor alle sterretjes. |
|
Bak de kaneelsterretjes 25 minuten in de oven. |
|
Laat ze daarna op een rooster afkoelen. |
De afgekoelde sterretjes kunnen het best worden bewaard in een goed sluitende trommel.