Vleesvervangers kampen met een imagoprobleem, ondanks gestaag groeiende verkoopcijfers. "Vervangen" riekt naar surrogaatkoffie, zoetjes en cola light. Als je als vegetariër vlees vervangt door iets dat er op lijkt, vindt men dat vaak halfslachtig en armoedig. Voor het gemak wordt dan vergeten dat we het hebben over producten met chique merknamen als Valess en Quorn en navenant hoge prijzen. Hoezo armoedig?
De slechte reputatie van vleesvervangers is niet iets van de laatste tijd, zo blijkt uit het boek Het dierloze gerecht - Een vegetarische geschiedenis van Nederland van Dirk-Jan Verdonk. Al in 1896 werd heftige kritiek geleverd op het eerste kookboek van de Nederlandse Vegetariërbond. Daarin stonden namelijk recepten met 'schijnvlees'. Volgens tegenstanders duidde dit op 'vegetariese halfheid'. In die tijd was vegetarisme trouwens meer dan tegenwoordig ook een levensinstelling waarin het ideaal zo gezond en 'natuurlijk' mogelijk leven een belangrijke rol speelde - en als vegetariër diende je een voorbeeldfunctie voor het gewone volk te vervullen. Daarin is natuurlijk geen plaats voor onnatuurlijke fratsen als 'schijngehakt', ook al ging het hier gewoon om balletjes van linzenbrij, gefruite uitjes, ei, peterselie en broodkruim. Overigens waren er ook voorstanders van het gebruik van nepvlees: "Waarom zouden wij vegetariërs ons genietingen ontzeggen wanneer wij er van kunnen profiteeren zonder ook maar in het minst aan ons vegetarisch beginsel tekort te doen?'
En dat argument is in onze tijd van 'convenience food' actueler dan ooit. De moderne consument koopt zijn kip toch ook in voorgesneden, gefileerde blokjes - of meteen al verwerkt in een magnetronmaaltijd 'kip-kerrie'. Waarom zou een vegetariër zich die luxe moeten ontzeggen? We kunnen tenslotte niet elke dag uren lang Jamie Oliver spelen, na een lange werkdag en voordat de kinderen in bed moeten. Kant-en-klare vleesvervangers zijn dan een uitkomst. Net zo min als dat een doorsnee vinexvrouw een volledige kip ontmantelt, hebben ook veel vegetariërs niet altijd zin en tijd om een blok tofu uit te laten lekken, te marineren en te frituren tot 'roerbaktofu', die je gelukkig kant-en-klaar bij de grootste grootgrutter van Nederland kunt krijgen.
Natuurlijk kunnen vegetariërs ook andere eitwitbronnen eten. Kaas bijvoorbeeld, of eieren en peulvruchten. Of tofu en tempeh. Maar laten we reëel zijn: vegetariërs zijn net echte mensen! Zij willen ook afwisselen en soms gewoon ordinair een pita vullen met (veggie) shoarma en knoflooksaus. Linzen in een pita, daarmee jaag je toch zelfs de grootste geitenwollensok op de vlucht?
Maar, zo zullen sommige vleeseters zich dan nog steeds afvragen, als je zo nodig vlees moet vervangen, dan betekent het dat je toch iets mist. Bijvoorbeeld het gehakt in de spaghetti bolognese, die je in je jeugd hebt gegeten. Dat is inderdaad een argument. Voor beginnende vegetariërs is een vegaburger sowieso een simpel alternatief voor een bal gehakt - de puriteinen onder de vegetariërs halen wellicht hun neus op en wijzen op de rijke Indiase kooktraditie, waar geen vegaburger aan te pas komt. Maar we hebben nu eenmaal verworvenheden als de spaghetti bolognese en de spaghetti carbonara, die gewoon erg lekker zijn. En als iemand dan toevallig vegaspekjes heeft uitgevonden, waarom zou het dan een zonde zijn om vegetarische carbonara te koken of te eten? Dat je er voor kiest om geen vlees te eten, betekent niet meteen dat je 90% van de Europese kooktraditie afwijst. Bovendien bestaan er nog echt mensen die erg graag aardappels-groenten-vlees eten. En ja natuurlijk kun je ook aardappels-groenten-ei of aardappels-groenten-kaas eten, maar dat hoeft dus niet altijd - niet in 1896 en al helemaal niet anno 2011.
Rest nog de vraag waarom vleesvervangers zo nodig op vlees moeten lijken met bijpassende namen? Het lijkt in eerste instantie onlogisch, want vlees: dat wilden we toch juist niet? Het antwoord is vrij simpel: het aantal consumenten dat geïnteresseerd is in paarse vleesvervangers met fantasienamen is nu eenmaal gering. Bovendien weten ook de vleesverlaters en flexitariërs meteen wat ze met een stukje Valess moeten doen en dat is wel zo gemakkelijk. En waarom denk je dat gepaneerde vervangers zo populair zijn? Omdat een krokant korstje lekker is, al mag dat korstje natuurlijk ook best om een koolrabi zitten.
Tot slot: balletjes, burgers, kroketten, reepjes en stukjes zijn geen dingen die je kant en klaar uit een koe of een varken haalt. Mogen wij dan alsjeblieft ook onze kikkererwten verwerken tot balletjes falafel - of iemand anders dat voor ons laten doen?